Tweede overwinning op rij voor GLPK-Corvette

Het GLPK-duo Kumpen-Longin heeft na de openingsrace in Francorchamps nu ook de Belcar Home Race gewonnen. Longin parkeerde de Corvette op de pole en zette op het vernieuwde tracé van Circuit Zolder uiteraard een nieuw Belcarrecord (1’26”875) op de tabellen. Zoals geweten werd het minimumgewicht van de Corvettes van 1100 kg op 1180 kg gebracht en kregen de Porsches biturbo grotere restrictoren om de onderlinge waarden verder te nivelleren. GLPK deed er zelf nog eens 20 kg bovenop en startte op 1200 kg. Zodoende konden ook zij grotere restrictoren monteren. SRT dat met Jeroen Bleekemolen lang in de running was voor de pole, moest dan toch uiteindelijk de duimen leggen voor Bert Longin die 2/100 sec. sneller over een rondje van exact 4 kilometer deed. En daar was het Longin om te doen. Nadat Anthony in Francorchamps reeds de pole en de snelste wedstrijdronde reed, stond hij in de Driver Challenge 4 punten los van zijn ploegmaat. De betrachting van GLPK is om de Driver Challenge te winnen met twee piloten. En ze zijn behoorlijk op weg, want Bert lukte ook de snelste wedstrijdronde met een chrono die maar één seconde boven de kwalificatietijd ligt. Na de kwalificatie moest SRT een andere, iets oudere motor in het vooronder monteren omdat er een olielek was gedetecteerd en men geen risico’s wou nemen. Het PSI-duo Maes-Menten moest iets méér dan 3” toegeven, maar even na het zetten van deze mooie chrono plantte Menten de Porsche loeihard in de muur en herleidde de bolide tot schroot. Maes mobiliseerde meteen zijn eigen team en haalde de ex Manthay-Porsche vanonder het zeil. Daardoor verviel uiteraard zijn derde chrono en moest hij in de gastklasse rijden. Hij verkoos bovendien samen te rijden met ex ploegmaat François Verbist. Daardoor kwam de derde chrono in handen van de Marcos LM600 van Goossens-Van Dongen die reeds 3,5 seconden moest inleveren voor de verrassende Stealth van Van Moerkerke-Hillebrand. Grote afwezige op de startgrid was de Viper van AD Sport nadat Kris Wauters tijdens de trainingen een scheurtje opliep in het trommelvlies. Porsche-rijders Penders-Lamot klopten in Klasse 2 respectievelijk met 1/10 en 2/10 sec. de BMW V8 van Severich-Josten en merkgenoten Bouvy-Van Rossem. In Klasse 3 dook de Ultima van Derdaele-Empsen onder de 1’35” en was hiermee anderhalve seconde sneller dan de snelste Porsche GT3 Supercup van Speedlover.

Bert Longin nam de bende op sleeptouw, maar kreeg van SRT-rijder Jeroen Bleekemolen méér tegenstand dan waarschijnlijk verwacht. De beide Corvettes fietsten van de rest weg en vochten een verbeten en gesmaakt duel uit waarbij ze elkaar verschillende malen raakten. Na ongeveer 30 minuten wedstrijd kon Bleekemolen tijdens het dubbelen de leiding veroveren en hij kon een voorsprong uitbouwen van 6 seconden. Maar problemen tijdens de pitstop van SRT met het rechter achterwiel en een perfecte wissel bij GLPK deed de achterstand ombuigen in een voorsprong van 26 seconden. Kumpen kon het gat verder uitdiepen en kon zich nog een splash & dash permitteren op vier minuten van de geblokte vlag. De Marcos LM 600 van Goossens-Van Dongen werd net als in Francorchamps derde voor de “gasten”-Porsche van Maes-Verbist. Deze waren vertrokken vanuit 32ste positie. Dit was te wijten aan het feit dat de eerste chronosessie op droog en de tweede op nat wegdek werd verreden. En wie pech kende tijdens de eerste training moest tijdens de tweede chronosessie op een doorweekte piste zijn ding doen. Vijf wagens haalden de minimale kwalificatietijd niet en moesten met nog drie andere wagens, die helemaal niet trainden, vertrekken vanuit de pitstraat. Achter de Corvettes reed de Marcos een eenzame wedstrijd terwijl het duo Maes-Verbist zich een weg laveerde doorheen het peloton en reeds na 15 minuten wedstrijd binnen de top 5 reed. De Marcos hield het langst stand tegen de overmacht van de Corvettes en werd rond half koers als laatste van het peloton op een ronde gezet. En dit ondanks een uitstekend pilotenduo dat kon beschikken over een nieuwe krachtbron. Goossens klonk strijdvaardig na de wedstrijd en zal samen met Eurotech bekijken welke mogelijkheden ze nog achter de hand hebben om het verschil kleiner te maken. Maar de Gelenaar was niet bepaald gelukkig dat GLPK via de extra 20 kg in staat was om grotere restrictoren te monteren. “Méér een geschenk dan een bestraffing”, besloot Goossens. De Stealth verdween met schakelproblemen terwijl Kurt Thiers samen met Stéphane Lémeret, vertrokken vanuit de pitlane, een opvallend goede wedstrijd afwerkte in de JMT-Porsche biturbo. Een 8ste plaats algemeen en 4de in Klasse 1 was hun deel.

Penders-Lamot waren met de Porsche RSR de snelste in Klasse 2 na een prachtige strijd met de BMW V8 van Severich-Josten en terwijl ook de PSI-Porsche RSR van het CEO-team Bouvy-Van Rossem een prima job deden tijdens hun maidentrip in Klasse 2. De broers Thiers en de KS-BMW Silhouet van Essers-Werckx moesten twee ronden prijsgeven en sloten de top 10 af. Het is duidelijk dat wie een Porsche laat rijden en een rol van betekenis wil spelen in Klasse 2, zeker moet beschikken over een 3.8l RSR-krachtbron. Dat ondervonden de Thiersen die ondanks de grote inspanningen na de crash in Francorchamps een dikke twee seconden te kort komen om voor het podium te gaan.

Georg Severich moest op het einde van de wedstrijd nog een splash & dash inlassen, maar gaf ruiterlijk toe dat de wedstrijd wel degelijk op de piste was beslecht en hij het hoofd moest buigen voor Penders-Lamot na een zéér gesmaakte wedstrijd. De Duitser, die met een overwinning en een 2de plaats wel de Klasse aanvoert, maakte wel duidelijk dat hij voor te zachte rubbers had geopteerd, waardoor hij Penders in het tweede wedstrijdgedeelte niet kon afhouden. Van Rossem-Bouvy reden een mooie wedstrijd, maar missen nog een beetje ritme en ervaring met hun nieuwe speeltje alvorens de overwinning te viseren. Maar kandidaat-winnaars worden ze zeker op termijn. Pech was er voor Ceusters-Jacobs, terwijl de BMW 130i van G&A Racing aan een laatste ultieme en zware test werd onderworpen. De problemen met de overbrenging zijn van de baan en de motor draait als een Zwitsers uurwerk. Allen was een veerpoot niet bestand tegen het geweld en besloot Kenis om vanaf heden de 130i te voorzien van een WTCC-ophanging.

Klasse 3 werd overheerst door de Ultima van Derdaele-Empsen die al tijdens de trainingen een fenomenabele 1’34”945 op de tabellen zette. Klasse 3 ontpopte zich net als in Francorchamps tot de spannendste binnen de Mediagroep van Dyck Belcar Original. Ditmaal was de Ultima van Belgium Racing de snelste van het lot, maar tussen de Porsches van GS Motorsport, First Motorsport en Speedlover was het dringen geblazen voor de overige ereplaatsen. Het belooft een zéér spannend seizoen te worden waarin zowel de wagens als bepaalde piloten bijzonder aan elkaar zijn gewaagd. Zo wordt er ook gebruik gemaakt van goed doordachte strategieën om toch maar enkele verloren seconden terug te vinden. Al van bij de start zaten Empsen (Ultima), Neyens (GS-Porsche) en de beide GT3’s van Speedlover met Van Hover en Mattheus op een zakdoek te rijden. Het ging zo hard dat Van Hover over zijn fysieke grens ging en in de fout ging bij het aanremmen van een bocht. Teammaat Matheus kon de Porsche niet meer ontwijken en knalde er achter op. De winnaar van de eerste wedstrijd in Francorchamps mocht de handdoek werpen met een doorboorde radiator, terwijl Van Hover totaal uitgedroogd werd afgevoerd naar het Medical Center. Firstrijder Haane haalde het onderste uit de Supercup, maar strandde op 10 seconden van de snelle GS-tandem Steinberg-Neyens die dit keer nochtans geen verhaal hadden tegen Derdaele en Empsen, die allebei in bloedvorm verkeerden. “Dit is niet alleen de verdienste van de piloten, maar van de ganse crew die van de Ultima een juweeltje maakten”, aldus nog Derdaele die zijn eerste grote overwinning pakt. Pechvogels van de dag waren Beckers-Van Samang die al een paar ronden na de start kregen af te rekenen met een afgebroken veerpoot terwijl Philip Broodcooren de GS-BMW zwaar in de muur plantte bij het uitkomen van de Bianchi-bocht. Ook bij Joosen-Vroman draait het nog niet echt lekker en zullen ze in de toekomst probleemloos onder de 1’40” duiken. Alexandra Van de Velde en Caroline Grifnée moesten na de breuk met BPO Racing noodgedwongen teruggrijpen naar de MINI S3. Maar het kleine monster stond al een poos stil en de crew vond maar geen perfecte set up. De wagen staat te koop en ook met deze wetenschap in het achterhoofd werden geen onnodige risico’s genomen. De Daikin-amazones reden de wedstrijd uit en klokten nog een behoorlijke 1’48 als snelste chrono.